Geen berg te hoog | Wat is het juiste klimverzet?

Gastblogger | 18 mei 2021

Staat een mythische Berg op jouw menu? Met voldoende training en het juiste verzet is geen klim te zwaar.

Verzet is zo’n typisch woord uit het wielerjargon. Het staat voor de verhouding van het crankstel voor en de cassette achter en duidt op de afstand die je racefiets aflegt als de pedalen één keer 360 graden ronddraaien. Heb je voor komende zomer bijvoorbeeld de Galibier of Passo Pordoi op je to do-lijst gezet, dan is het zaak ervoor te zorgen dat je een crankstel en cassette monteert waarmee je soepel kunt blijven draaien, zowel aan het begin als aan het einde van de klim. Een trapfrequentie van ten minste zestig à zeventig omwentelingen is een uitstekende richtlijn. Met een hogere cadans belast je de gewrichten veel minder. Daarbij blijft vermoeidheid van spieren langer achterwege.

“Met een hogere cadans belast je de gewrichten veel minder”

De juiste derailleurkooi

Ga je de cassette vervangen voor een groter schakelbereik op de bergflanken? Zorg er dan voor dat de derailleurkooi past bij de grootte van de cassette. Is dat niet het geval, dan blijft de ketting niet altijd even goed op spanning. Er zijn drie soorten kooien: een korte, medium en lange. Twijfel je of jouw kooi geschikt is voor de gewenste cassette? Neem dan contact op met de klantenservice van FuturumShop. Onze specialisten helpen je snel.

Stel je voorderailleur opnieuw af

Als je een ander crankstel monteert, moet je ook de voorderailleur opnieuw afstellen. Dat verbetert de schakelprestaties en voorkomt dat de ketting van het kettingblad loopt.

De juiste kettinglengte

Als je een andere cassette met grotere tandwielen voor de echt ‘grote jongens’ in Frankrijk of Italië monteert, is je ketting mogelijk niet lang genoeg om over het grootste wiel te kunnen draaien. Je wilt natuurlijk voorkomen dat je ketting op een gegeven ogenblik breekt. Of vervelender nog, dat ook je achterderailleur stuk gaat. Kies zo nodig voor een nieuwe ketting. Wil je weten hoe je deze monteert? Dat zie je in deze video!

(67)

uitverkocht

Wat je monteert, is persoonlijk, simpelweg omdat de een meer klimtalent heeft dan de ander. Daarnaast is de een beter getraind dan de ander. Wel zijn er genoeg handvatten die je helpen bij het maken van de juiste verzetkeuze. Ook de ervaringen van andere klimmers zijn een mooi houvast.

Crankstel

Vroeger werd er bij het beklimmen van venijnige bergen al snel gedacht aan een triple. Dit crankstel met drie kettingbladen is vandaag de dag zo goed als van het toneel verdwenen. De crankstellen met twee kettingbladen in combinatie met een geschikte cassette geven je gelukkig genoeg keuzes om zonder harken boven te komen. Het schakelen met twee voorbladen is ook minder complex. Bij een klim van het kaliber- Stelvio leg je de ketting op het kleinste blad en schakel je enkel nog achter.

Is je fiets afgemonteerd met Shimano, SRAM of Campagnolo en rijd je met een 11-speed groepset? Dan is het crankstel met twee bladen er in een drietal smaken. Je hebt allereerst de klassieke dubbel, bestaande uit een groot buitenblad met 53 tanden en een binnenblad met 39 tanden. Voor de ritten in de bergen kun je deze vergeten, ook de profs kiezen hier bij een loodzware bergrit in de Alpen niet voor. Blijven over: de compact (50 x 34) en semi- compact (52 x 36). De compact is het crankstel waarmee elke fietser bovenkomt. De semi-compact is er voor de grote groep die er na een flink portie trainingsarbeid echt klaar voor is om te klimmen.
De hiervoor genoemde voorbladcombinaties zien we terug op fietsen met een 11-speed groepset van Shimano of Campagnolo. Deze afmontage komt verreweg het meeste voor. Langzaamaan zien we ook wat meer fietsen met 12-speed groepsets. Campagnolo en SRAM voorzien daarin. Wat in dat geval te monteren? Bij Campagnolo kies je uit dezelfde crankstellen als bij de 11-speed groepsets: 50 x 34 of 52 x 36. SRAM heeft voor in de bergen de crankstellen 46 x 33, 48 x 36 en 50 x 37.

Cassette

De mogelijkheden voor de te monteren cassette achter zijn ook legio. Is je fiets met Shimano afgemonteerd, dan zijn 11 x 28 en 11 x 30 geschikt voor heuvelachtig terrein en korte klimmetjes. In het hooggebergte opteren de meeste wielrenners voor 11 x 32 of 11 x 34.

(204)

ja, op voorraad
(12)

ja, op voorraad

Rijd je met Campagnolo, dan lijken de opties voor de cassette veel op die van Shimano. De 11 x 29 is er voor de heuvels, de 11 x 32 en 11 x 34 lenen zich eerder voor de Alpen en Pyreneeën. Heeft je fiets een 12-speed groep van SRAM, dan is de 10 x 33 misschien de meest geschikte cassette voor het pittige, lange klauterwerk.


» Wat kiezen de profs in de bergen

Al meer dan zestien jaar werkt Steven Van Olmen als mechanieker bij Lotto -Soudal. Hij geeft tekst en uitleg over bergverzetten.

Wat voor verzet steekt een renner in een bergetappe?

“Dat hangt natuurlijk van de renner in kwestie af. En ook van het hoogteprofiel. In de Tour de France zijn de bergen meestal niet zo extreem als in de Giro of Vuelta. In Italië en Spanje zoeken de parcoursbouwers dikwijls de meest steile bergen uit. Neem de Angliru: daar reden de meesten van ons vorig jaar omhoog met een 36 x 32. Maar voor sommigen werkt dat in de bergen niet, die geven dan de voorkeur aan een 34 x 32. Dit geldt dan voor de voorbladen van onze fietsen die afgemonteerd zijn met de elektronische 12-speed groepset van Campagnolo.”

Hoe zit dat in de minder steile beklimmingen?

“Zo’n Angliru is natuurlijk extreem. In de Ronde van Frankrijk valt het hoogteprofiel meestal mee. Klimmers zoals Thomas De Gendt blijven daar toch vaak met een 39 rijden. Ook in een Touretappe met hoge Alpen- en Pyreneeëncols. Voor iemand als Caleb Ewan geldt dat dan weer niet. Die zoekt liever een lichter verzet op en opteert voor een 36 als kleinste blad.”

In combi met wat voor cassette rijden de renners?

“Bij Campagnolo rijden we praktisch altijd met een 11 x 29. Dat kan prima met de 12-speed groepset. Bij een uitzonderlijk zware col als de Monte Zoncolan nemen de renners de 11 x 32. De evolutie in cassettes is trouwens best snel gegaan. Toen ik als mechanieker begon, was 11 x 23 de standaard. Soms reden we toen ook met 25 en uitzonderlijk was de 27. Ik heb van dichtbij de ontwikkeling meegemaakt dat het almaar lichter wordt.”

Tekst: Rik Booltink

FuturumMag.17

Dit artikel is afkomstig uit FuturumMag.17, het magazine van FuturumShop. Wil je meer interviews, reviews, tips of achtergrondverhalen lezen? Klik hier voor alle artikelen uit het FuturumMag.

Lees verder