Ivar Slik (29) komt uit een familie van schaatsers en fietsers. Zijn opa, inmiddels 92, schaatste op hoog niveau en eindigde als negentiende bij de barre Elfstedentocht van 1963. “Hij baalt daar nog steeds van, want hij ging voor de winst.” Zijn moeder was ook schaatsliefhebber. Maar de kinderen gingen in navolging van hun vader fietsen. Niet onverdienstelijk. Zus Rozanne was prof in de UCI Women’s WorldTour en broer Jesper werd Nederlands kampioen MTB bij de beloften. Ivar tekende in 2015 bij team Roompot-Oranje Peloton, maar brak niet door op het hoogste niveau, onder andere door blessureleed. Hij reed strandraces en werd Europees kampioen in 2019 en Nederlands kampioen in 2020. Vorig jaar werd hij vijftiende tijdens zijn eerste deelname aan Unbound Gravel, het onofficiële WK gravel in Kansas. Dit jaar keerde hij terug naar Amerika en won hij de wedstrijd, in een recordtijd. Slik rijdt als een soort ‘eenmansploeg’ gravelwedstrijden, gesponsord door fietsenfabrikant Wilier Triestina en onder andere kledingmerk Speed on Wheels. Een keuze waarvan hij geen spijt heeft. “Off-road racen is veel leuker dan op de weg.”
Tekst Bram de Vrind, Fotografie Vincent Riemersma
Hoe zien je trainingsweken eruit?
“Ik maak mijn trainingsschema’s zelf. Mijn vader, die een trainerscursus bij de KNWU heeft gedaan, kijkt ook mee. Ik weet inmiddels hoe ik naar een wedstrijd toe moet werken. Ik combineer lange tochten met korte, intensievere ritten. De trainingsblokken verdeel ik meestal in drie weken: een week nadruk op duur, een week nadruk op kracht en een week nadruk op snelheid.”
Wat zijn voor jou de mooiste trainingsritten?
“Het mooist vind ik de lange trainingen over onverharde paden die ik met verschillende groepjes doe. Bijvoorbeeld in de winter met Noord-Hollands Best (NHB) door de duinen. Dat doe ik dan samen met onder anderen Laurens ten Dam en Niki Terpstra. Maar ook de Out of Office Wednesday-ritten met Jasper Ockeloen. We fietsen vaak richting het Gooi en de Utrechtse Heuvelrug, over een mix van verharde en onverharde paden. We pakken die gravelstroken gewoon op de racefiets, dat kan makkelijk. Zeven uur op de weg trainen vind ik saai, maar tijdens zo’n graveltraining vliegt de tijd voorbij. Het mooie van gravelfietsen is dat je plekken aandoet waar je niet komt op de racefiets. Rustig, weg van het verkeer. Over bruggetjes, langs slootjes, door de mooiste natuurplekken.”
Wat is je favoriete rondje?
“De NH 100. Dat rondje fietsen we in de winter altijd met NHB. De afwisseling maakt het leuk, met stukken door de duinen, een stuk over het strand en een lus over het MTB-parcours van Schoorl. Je fietst dat rondje het beste in de winter, want in de zomer is er te veel mul zand.”
“Off-road racen is veel leuker dan op de weg”
Je wist bij je eerste deelname aan Unbound niet wat je meemaakte. Wat maakt gravelracen zo anders dan koersen op de weg?
“Gravelracen is gewoon old skool wielrennen. Je rijdt over grindweggetjes, volledig self supported met je eigen materiaal. Je hebt geen ploegleiderswagen waar je even een bidonnetje kan halen. Omdat je individueel deelneemt, is er geen ploegentactiek. Het is gewoon ieder voor zich. Unbound is een soort afvalkoers: de sterksten overleven. In tegenstelling tot wegwedstrijden rijd je met gravelraces één strak tempo. Op de weg ga je bijvoorbeeld bij hellingen over het omslagpunt om even later te freewheelen in het peloton. Unbound is de hele dag gas geven. Door de weerstand van de ondergrond zit je nooit op het gemak in het wiel. Je moet altijd druk op de pedalen houden.”
Je kreeg voor Unbound dit jaar advies van Niki Terpstra. Welke tips heb je opgepikt?
“Ik heb bij wedstrijden vaak de neiging om erin te vliegen. Dat is niet handig als je een wedstrijd rijdt van 320 kilometer, zoals Unbound. Niki zei: ‘Focus op het sparen van je krachten’.” Dat heb ik het eerste deel van de race gedaan, ondanks dat ik voelde dat ik goede benen had. Hij heeft me bovendien in contact gebracht met een goede voedingssponsor. Vorig jaar heb ik te veel gegeten tijdens de race, waardoor ik maagkrampen kreeg en uiteindelijk niets meer binnen kon houden. Dit jaar heb ik veel afwisselender gegeten en gedronken. Dat pakte goed uit.”
Je reed Unbound in een speciaal Evel Knievel-pak van Speed on Wheels. Hoe is dat tot stand gekomen?
“Evel Knievel was een stuntman en cultheld in de jaren zestig en zeventig. Hij staat in het Guinness Book of Records met de meest gebroken botten, in totaal 37. Hij viel vaak, maar kwam altijd weer terug. Bijvoorbeeld na een mislukte sprong van vijftig meter over Caesar’s Fountain in Las Vegas. Niki en ik zijn ook een paar keer hard gevallen en hebben onszelf weer teruggevochten. Wij bewonderen de spirit van Evel Knievel en hebben speciaal voor Unbound een blauw-wit snelpak laten ontwerpen met sterren erop, geïnspireerd door zijn kostuums.”
De internationale wielerunie UCI omarmt het gravelracen, met UCI-gravelseries en het WK gravel in Italië. Wat vind jij van die ontwikkeling?
“De gravelscene ademt nu nog de sfeer van avontuur, bier en barbecue. Daar val ik met mijn achtergrond als wielrenner wel een beetje buiten. Maar gravelracen wordt steeds professioneler. Er gaat steeds meer geld in om: veel merken zetten in op gravelfietsen en zoeken ambassadeurs om hun fietsen te promoten. Ik denk dat we de komende jaren kleine wedstrijdteams gaan zien, met twee of drie coureurs. Een merk als Specialized zal vaker WorldTour-renners vragen om aan gravelevenementen deel te nemen, zoals dit jaar Peter Sagan bij Unbound. Een aantal gevestigde Amerikaanse gravelaars probeert die ontwikkeling tegen te houden, maar je kunt dat niet voorkomen.”
Wat zijn je ambities?
“Mijn eerstvolgende doel is het WK in Veneto, Italië. Het profiel van die koers is heuvelachtig, dat moet mij wel liggen. Daarna begin ik aan het strandseizoen, met wedstrijden als Hoek van Holland-Den Helder, Egmond-Pier-Egmond en het EK. De gravelkalender van volgend jaar stroomt ook alweer vol. Ik kijk bijvoorbeeld uit naar een nieuw evenement in Finland uit de koker van Formule 1-coureur Valtteri Bottas. De gravelscene is nog volop in ontwikkeling, er komen elk jaar weer mooie nieuwe evenementen bij.”
MATERIAAL
Gravelfiets: Wilier RAVE SLR met geïntegreerd Filante stuur
Wielen: Miche Carbo Graff Route, 36 millimeter velghoogte en 24 millimeter binnenbreedte
Afmontage: Shimano GRX 817 Di2
Racefiets: Wilier Filante SLR met Miche SWR RC 65 disc wielen
Brede banden of smalle banden?
“40 millimeter. Ik kies het profiel aan de hand van het type wedstrijd. Tijdens Unbound reed ik met Schwalbe G-One RS. Een topband: supersnel en lekbestendig.”
Hoeveel bar?
“Tussen 2 en 2,5, afhankelijk van het parcours.”
Vering of geen vering?
“Zo min mogelijk vering. Wat mij betreft zo strak en snel mogelijk.”
Aero of niet aero?
“Mijn fiets is van zichzelf aero. Dat is belangrijk, net als zo aerodynamisch mogelijk op de fiets zitten. Maar ik rijd bijvoorbeeld niet met hoge wielen. Dat is oncomfortabel op gravel.”
FuturumMag.21
Dit artikel is afkomstig uit FuturumMag.21, het magazine van FuturumShop. Wil je meer interviews, reviews, tips of achtergrondverhalen lezen? Klik hier voor alle artikelen uit het FuturumMag.